De koningin der groenten is op haar best van midden april tot eind juni.

 

Wanneer het aspergeseizoen precies van start gaat is moeilijk exact te bepalen, veel is afhankelijk van de weersomstandigheden, maar de einddatum staat wél vast. Onze Belgische aspergetelers halen na 24 juni geen asperge meer uit de grond. Een aspergeplant moet na de oogst nl. nog doorgroeien. Zo is hij krachtig genoeg om de winter te overleven en het volgende jaar voldoende asperges te leveren. Door tijdig te stoppen met oogsten verzekerd de boer zich van een mooie volgende oogst.

 

Witte asperges groeien onder de grond in aspergebedden. Zodra de kopjes boven de grond piepen, worden ze gestoken om niet te verkleuren. Hoewel witte en groene asperges een totaal andere smaak en textuur hebben, zijn ze dezelfde groente. De groene variant is gewoon verder doorgegroeid boven de grond en gekleurd door het zonlicht.
De smaak en textuur van witte asperges is zachter en delicater dan die van groene of de zeldzamere paarse asperges.

 

Witte asperges schil je rondom met een dunschiller van net onder het kopje naar beneden.
De schil is taai en vezelig dus zorg dat je ze zorgvuldig verwijdert.
Snijd tenslotte de houterige onderkant weg. (bewaar de schillen als xtra smaakaccent in bouillon - bvb voor soep of risotto)
Groene asperges hoef je niet te schillen. tenzij misschien bij hele dikke exemplaren.

Gekookte asperges zijn een klassieker maar je kan deze veelzijdige groente ook bakken of grillen.

Leg je de asperges plat in een voldoende ruime pan met gezouten water.
Laat 3 tot 4 minuten doorkoken, zet het vuur uit en leg een deksel op de pan.
Laat nog 15 tot 20 minuten staan tot ze gaar zijn. Groene asperges garen een stuk sneller dan witte.

Serveer de asperges à la Flamande, bij pasta of risotto, in een quiche of in een frisse salade. 
Hieronder enkele favorietjes uit SAN'Skeuken.